Eind jaren tachtig richt producer Frank Farian, de man achter Boney M. een popgroep op, gevormd door Fab Morvan en Rob Pilatus: Milli Vanilli.
Al snel blijkt dat de achtergrondzangers in deze groep beter kunnen zingen dan de leadvocalisten. De goede zangers uit de groep hebben echter niet de goede looks, meent de platenmaatschappij. Die hebben Morvan en Pilatus wél. De platenmaatschappij besluit dat dit duo dan maar op de voorgrond moet playbacken op de klanken van de zangers op de achtergrond, die dus in werkelijkheid het vocale werk hebben gedaan.
De list lijkt te werken: niemand vermoedt de ‘fraude’ en Milli Vanilli scoort verschillende hits. In 1990, het jaar waarin Milli Vanilli zelfs een Grammy Award wint, wordt bekend dat de bekende gezichten van Milli Vanilli nooit zelf gezongen hebben. Later wordt dit ‘het grootste bedrog in de muziekgeschiedenis’ genoemd. Enkele dagen later moeten zij hun Grammy inleveren. Een Amerikaanse rechter bepaalt dat de kopers van het muziekalbum recht hebben op terugbetaling van de aankoopprijs.
Het betekent het einde van Milli Vanilli. Later proberen Morvan en Pilatus het nog onder de naam ‘Rob & Fab’, maar succes blijft uit. Met Rob Pilatus loopt het slecht af. Hij belandt in het criminele circuit, raakt verslaafd aan drugs en overlijdt in 1998.